Wintergranenmix heeft potentie als krachtvoer

De proef met de wintergranenmix op de proeflocatie van AgroProeftuin de Peel laat een hogere opbrengst zien dan wintergerst. Dat geldt met name voor het aandeel eiwit (+8%) en zetmeel (+5%). Teler Roel Albers concludeert dat de wintergranenmix de potentie heeft om te kunnen gebruiken als krachtvoer voor melkvee. 
 

In 2023 is op de proeflocatie door Roel Albers onderzocht of een wintergranenmix, bestaande uit wintergerst, winterrogge en wintertarwe (1:1:1) een goede krachtvoervervanger is. De mengteelt is vergeleken met alleen wintergerst. Het perceel van 1,4 hectare is opgesplitst: de ene helft wintergranenmix en de andere helft wintergerst. 

Waarom granen telen?
Aanleiding voor dit experiment is dat per 2027 er een rustgewas één keer in de drie jaar in het bouwplan moet voorkomen. Daarnaast moet op zand- en lössgronden op het gehele areaal een vanggewas na de hoofdteelt komen. Graanteelt is een rustgewas en kan dienen als vanggewas. Nadeel aan de graanteelt is dat het een lager rendement heeft in vergelijking met meer intensieve teelten. Albers verwacht dat door de teelt van graan te combineren met andere gewassen, de opbrengst per hectare - gemeten over het hele jaar - hoger kan zijn. Daarmee wordt de teelt van granen aantrekkelijker, zonder de positieve effecten van dit rustgewas te verminderen. 

Voordelen mengteelt
De drie graansoorten samen telen heeft zo zijn voordelen. Wintergerst heeft de eigenschap de grond snel te bedekken en zo de groei van onkruiden te voorkomen. Winterrogge kan goed tegen droogte, maar heeft een lagere voedingswaarde. Wintertarwe heeft een hogere voedingswaarde, waardoor de totale voedingswaarde van het product stijgt. De verwachting is dat met drie graansoorten het risico op legering aanzienlijk kleiner is, wat de zekerheid van een goede oogst vergroot.
Belangrijk is dat de drie graansoorten gelijktijdig rijp zijn. In 2022 had Albers een proef waar triticale in plaats van wintertarwe is gebruikt. De verschillen in afrijping waren te groot. Vandaar dat nu gekozen is voor wintertarwe.  

Resultaten
Gedurende het teeltseizoen was de onkruiddruk laag, waardoor de wintergranenmix en de controlegroep wintergerst weinig problemen hadden met onkruid. Verder was er geen legering.
De granenmix leverde 1000 kg per hectare meer op dan de controlegroep wintergerst. Bovendien leverde de granenmix 219 kg extra droge stof op in vergelijking met de controlegroep wintergerst (zie tabel 1).

De wintergranenmix bracht in totaal 40 kg ruw eiwit en 121 kg zetmeel per hectare meer op dan de controlegroep (zie tabel 2).

De wintergranenmix leverde samen met de controlegroep wintergerst in totaal 435 balen stro op (elk 17,5 kg).

Leerpunten voor vervolg
Een van de belangrijkste uitdagingen is een goede oogst van het gemengde product. Bij de oogst van de wintergranenmix was de winterrogge nog niet volledig gerijpt, waardoor het drogestof gehalte relatief laag was. Het gelijktijdig rijpen van de drie gewassen (wintertarwe, wintergerst en winterrogge) is essentieel om hogere gehaltes aan droge stof te bereiken. 
Voor een vervolg is de rassenkeuze van winterrogge van belang. 

 

 

 

 

 

Links de wintergranenmix met rogge, gerst en tarwe; rechts de wintergerst.