‘Hoe kunnen we de kennis en ervaringen die agrariërs in de experimenteergebieden ontwikkelen het beste benutten?’ Dat was een van de vragen die werd besproken tijdens het jaarlijkse bezoek van de minister van LNV aan een van de vijf experimenteergebieden, waarvan De AgroProeftuin Noordoost-Brabant er één is.
Dinsdag 14 november bezocht minister Adema, samen met de vertegenwoordigers van de gebieden, het experimenteergebied Noord-Nederland.
Adema gaf tijdens het bezoek aan dat hij de kennis en kunde die in de vijf gebieden wordt ontwikkeld, waardevol vindt. “Maar we benutten het nog onvoldoende.” In zijn ogen kan LNV meer bereiken wanneer de ontwikkelde kennis en kunde structureel wordt benut binnen het beleid. “Dat draagt onder meer bij aan het onderlinge vertrouwen.”
Daarmee doelt hij enerzijds op de innovatieve boer die experimenteert in het vertrouwen dat zijn inspanningen bijdragen en worden gewaardeerd. Anderzijds bij beleidsmakers die erop kunnen vertrouwen dat ontwikkeld beleid wordt uitgevoerd en effectief is.
Toekomstbestendige verdienmodellen
De AgroProeftuin Noordoost-Brabant is een van de vijf experimenteergebieden kringlooplandbouw. In deze gebieden zijn veehouders en akkerbouwers samen bezig met bodemverbetering, waterkwaliteit, mineralenkringloop en het opzetten van toekomstbestendige verdienmodellen. Doel is dat de ontwikkelde kennis substantieel bijdraagt aan aanpassingen in wet- en regelgeving en nieuwe werkwijzen in de praktijk. Om zo op lokale of regionale schaal bij te dragen aan het inrichten en sluiten van kringlopen.